Bijna alle gemeenten in onze regio hebben de zaken niet op orde wat sociale huur betreft.

24 van de 27 gemeenten in de regio hebben onvoldoende sociale huurwoningen, blijkt uit cijfers van de provincie Zuid-Holland. Dit meldt onze mediapartner Omroep West.

Gedeputeerde Anne Koning (PvdA) heeft op verzoek van de Statenleden uitgezocht hoe het precies zit met de percentages in de gemeenten.
Daaruit blijkt dus dat bijna alle gemeenten flink werk te verzetten hebben om sociale woningen bij te bouwen. De provincie wil namelijk dat dertig procent van de woningen in een gemeente uit sociale huur bestaat. Die woningen moeten in het bezit zijn van woningcorporaties.

Zo ziet het percentage sociale huurwoningen er per gemeente eruit:
Delft: 37 procent
Den Haag: 28 procent
Leidschendam-Voorburg: 23 procent
Midden-Delfland: 20 procent
Pijnacker-Nootdorp: 17 procent
Rijswijk: 30 procent
Wassenaar: 23 procent
Westland: 21 procent
Zoetermeer: 30 procent
Alphen aan den Rijn: 23 procent
Hillegom: 21 procent
Kaag en Braassem: 25 procent
Katwijk: 25 procent
Leiden: 29 procent
Leiderdorp: 23 procent
Lisse: 25 procent
Nieuwkoop: 19 procent
Noordwijk: 19 procent
Oegstgeest: 15 procent
Teylingen: 19 procent
Voorschoten: 19 procent
Zoeterwoude: 14 procent
Bodegraven-Reeuwijk: 19 procent
Gouda: 28 procent
Krimpenerwaard: 26 procent
Waddinxveen: 25 procent
Zuidplas: 24 procent

Veel gemeenten halen die dertig procent dus niet. In de woonregio's Holland Rijnland en Midden-Holland is er zelfs in geen enkele gemeente dertig procent van de woningen gereserveerd voor sociale huur via woningcorporaties. Die dertig procent is een landelijk streven.

Woningbouw en dan met name de realisatie van betaalbare woningen, zorgt voor de nodige spanningen in de Zuid-Hollandse politiek. Binnen de coalitie - bestaande uit GroenLinks-PvdA, BBB, VVD en CDA - bestaat onenigheid over hoeveel van de nieuwe woningen voor de sociale huur moet zijn.

Andere wens in coalitieakkoord
Vorig jaar schreven ze in hun coalitieakkoord veertig procent op, wel met de toevoeging dat dit 'met name' geldt voor gemeenten die achterlopen bij de landelijke eis. De coalitiepartijen willen bouwplannen hierop beoordelen, maar daar komt stevige kritiek op vanuit demissionair minister Hugo De Jonge en de provinciale oppositie.

GroenLinks-PvdA houdt stevig vast aan die veertig procent, maar met name de VVD en ook BBB krabbelen terug. Ze willen niet te veel beperkingen opleggen en vooral de realisatie van woningen stimuleren. 'Ergens zit een verschil van inzicht in het coalitieakkoord', zei BBB-fractievoorzitter Hans Veentjer eerder deze week tijdens een commissievergadering.

Kritische brief
Tijdens dat debat ging het vaak over de kritische brief die vorige week werd gestuurd door de demissionair minister.
De Jonge vindt dat die veertig-procent-eis 'averechts werkt' en dat bouwprojecten daardoor niet van de grond komen. Hij wil dat de provincie daarom de landelijke afspraak van dertig procent volgt.


Door: Peter van der Aar.
Bron: omroepwest.nl.